Betekenis 'afgeven'

Je hebt gezocht op het woord: afgeven.

af·ge·ven (gaf af, heeft afgegeven) 1gedwongen geven: zijn geld afgeven2overhandigen: een pakje afgeven; de bal afgeven toespelen aan een ander3verspreiden: reuk afgeven4kleurstof loslaten: die blauwe trui geeft af in de was5(+ op) ongunstig spreken over: afgeven op je familie

Dit woord opzoeken in onze grootste woordenboeken?

Bestel nu uw toegang of probeer Van Dale Online gratis. U krijgt direct en zonder verdere verplichtingen tijdelijk toegang tot de beste taalhulpmiddelen van Van Dale.