Betekenis 'winden'

Je hebt gezocht op het woord: winden.

wind (de; m; meervoud: winden) 1(horizontale) luchtstroom in de dampkring: iem. de wind uit de zeilen nemen doen wat iem. zelf van plan was te doen of zijn argumenten gebruiken en hem daardoor tegenwerken; het gaat hem voor de wind voorspoedig; een waarschuwing in de wind slaan zich er niet om bekommeren; (Nederland) de wind eronder hebben zijn leerlingen of personeel helemaal in de hand hebben; de wind van voren krijgen een uitbrander krijgen2gassen die iem. uit de ingewanden laat ontsnappen; = scheet: een wind laten win·de (de; v(m); meervoud: winden, windes) 1slingerplant met klokvormige bloemen2bep. zoetwatervis win·den (wond, heeft gewonden) 1wikkelen: garen op een haspel winden

Dit woord opzoeken in onze grootste woordenboeken?

Bestel nu uw toegang of probeer Van Dale Online gratis. U krijgt direct en zonder verdere verplichtingen tijdelijk toegang tot de beste taalhulpmiddelen van Van Dale.