Betekenis 'pars'
Je hebt gezocht op het woord: pars.
pars eerste, tweede persoon enkelvoud van partir
partir 1(+ pour) vertrekken, (weg)gaan, (weg)rijden (naar): ils sont déjà partis ze zijn al weg; partir de chez soi van huis gaan; partir en vacances met vakantie gaan2(+ de) uitgaan van, voortkomen uit3beginnen, aanslaan, starten: prêts ? partez ! klaar? af!; à partir de vanaf; à partir d'ici van hier af; il est mal parti hij heeft een slechte start gemaakt4afgaan, exploderen: partir d'un éclat de rire in lachen uitbarsten; faire partir afschieten
Dit woord opzoeken in onze grootste woordenboeken?
Bestel nu uw toegang of probeer Van Dale Online gratis. U krijgt direct en zonder verdere verplichtingen tijdelijk toegang tot de beste taalhulpmiddelen van Van Dale.