Betekenis 'faut'
Je hebt gezocht op het woord: faut.
faillir 1falen, tekortschieten, in gebreke blijven: faillir à sa parole zijn woord niet houden2weinig schelen of: avoir failli bijna … zijn, hebben; j'ai failli tomber het scheelde niet veel of ik was gevallen
s'en 1falloir (wederkerend werkwoord) 1schelen, missen: il s'en faut de beaucoup dat scheelt nogal wat; il s'en est fallu de peu het scheelde maar weinig; loin s'en faut verre van dat, bij lange na niet
2falloir (onpersoonlijk werkwoord) 1moeten, behoren: il faut qu'il vienne hij moet komen; il le faut het moet; comme il faut zoals het hoort, netjes; il fallait le dire dat had je moeten zeggen; il fallait y penser je moet er maar opkomen2nodig hebben: il me faut du temps ik heb tijd nodig
faut derde persoon enkelvoud van falloir
Dit woord opzoeken in onze grootste woordenboeken?
Bestel nu uw toegang of probeer Van Dale Online gratis. U krijgt direct en zonder verdere verplichtingen tijdelijk toegang tot de beste taalhulpmiddelen van Van Dale.