Betekenis 'whole'
Je hebt gezocht op het woord: whole.
1whole (zelfstandig naamwoord) 1geheel, totaal: on the whole alles bij elkaar, in het algemeen; the whole of Boston heel Boston
2whole (bijvoeglijk naamwoord) 1heel, geheel, totaal, volledig: whole number heel getal; swallow sth. whole iets in zijn geheel doorslikken, (figuurlijk) iets voor zoete koek aannemen2geheel, gaaf, gezond¶go (the) whole hog tot het einde toe doorgaan, geen half werk doen; a whole lot of people een heleboel mensen; (Amerikaans) the whole shebang het hele zootje
3whole (bijwoord) 1totaal, geheel: a whole new life een totaal nieuw leven
Dit woord opzoeken in onze grootste woordenboeken?
Bestel nu uw toegang of probeer Van Dale Online gratis. U krijgt direct en zonder verdere verplichtingen tijdelijk toegang tot de beste taalhulpmiddelen van Van Dale.