Betekenis 'gut'
Je hebt gezocht op het woord: gut.
1gut (zelfstandig naamwoord) 1darm2(meervoud: guts) ingewanden3buikje4(meervoud: guts) lef, durf, moed: you don't have the guts dat durf je toch niet; I cannot believe you had the guts to tell him ik kan niet geloven dat je het lef had om het hem te vertellen¶hate s.o.'s guts grondig de pest hebben aan iem.; sweat (of: work) one's guts out zich een ongeluk werken
2gut (bijvoeglijk naamwoord) 1instinctief, onberedeneerd: a gut reaction een (zuiver) gevoelsmatige reactie; it's just a gut feeling (a) zo voelt het gewoon; (b) ik vermoed het
3gut (overgankelijk werkwoord) 1van binnen volledig vernietigen/leeghalen (van gebouw)2(informeel) kapotmaken (emotioneel): I feel gutted ik ben er helemaal kapot van
Dit woord opzoeken in onze grootste woordenboeken?
Bestel nu uw toegang of probeer Van Dale Online gratis. U krijgt direct en zonder verdere verplichtingen tijdelijk toegang tot de beste taalhulpmiddelen van Van Dale.