Betekenis 'clutter'
Je hebt gezocht op het woord: clutter.
1clutter (zelfstandig naamwoord) 1rommel, warboel
2clutter (overgankelijk werkwoord) 1rommelig maken, onoverzichtelijk maken, in wanorde brengen2(op)vullen, volstoppen: a sink cluttered (up) with dishes een aanrecht bedolven onder de borden
Dit woord opzoeken in onze grootste woordenboeken?
Bestel nu uw toegang of probeer Van Dale Online gratis. U krijgt direct en zonder verdere verplichtingen tijdelijk toegang tot de beste taalhulpmiddelen van Van Dale.