Betekenis 'chief'
Je hebt gezocht op het woord: chief.
1chief (zelfstandig naamwoord) 1leider, aanvoerder, opperhoofd
2chief (bijvoeglijk naamwoord) 1belangrijkst, voornaamst, hoofd-: chief accountant hoofdaccountant; (Brits) chief constable hoofd van politie in graafschap
Dit woord opzoeken in onze grootste woordenboeken?
Bestel nu uw toegang of probeer Van Dale Online gratis. U krijgt direct en zonder verdere verplichtingen tijdelijk toegang tot de beste taalhulpmiddelen van Van Dale.