Betekenis 'Reihe'
Je hebt gezocht op het woord: Reihe.
Reihe (v; 2e naamval: -; meervoud: -n) 1rij: in Reih und Glied in het gelid; in dichten Reihen rijendik, in (of: met) dicht op elkaar staande rijen; etwas auf die Reihe kriegen (of: bringen) iets klaarspelen, iets voor elkaar krijgen; etwas aus der Reihe bringen iets in de war sturen (of: schoppen); (wieder) in die Reihe kommen (a) (weer) in orde komen; (b) (weer) op krachten komen; aus der Reihe tanzen een buitenbeentje zijn, niet in het gareel lopen2reeks, serie3beurt: an die Reihe kommen aan de beurt komen; der Reihe nach op volgorde; an der Reihe sein aan de beurt zijn4(meervoud) gelederen
1reihen (overgankelijk werkwoord) 1(rang)schikken, scharen2rijgen
sich 2reihen (wederkerend werkwoord) 1(+ an) volgen op
Dit woord opzoeken in onze grootste woordenboeken?
Bestel nu uw toegang of probeer Van Dale Online gratis. U krijgt direct en zonder verdere verplichtingen tijdelijk toegang tot de beste taalhulpmiddelen van Van Dale.