Betekenis 'uitzet'

Je hebt gezocht op het woord: uitzet.

uit·zet (de/het; m en o; meervoud: uitzetten) 1het geheel van kleren, linnengoed, keukeninventaris enz., bv. van een bruid uit·zet·ten (zette uit, heeft, is uitgezet) 1in omvang toenemen, groter worden2buiten werking stellen3uit een plaats verwijderen: bewoners uitzetten uit een huis zetten; iem. het land uitzetten4op rente zetten: geld uitzetten5op een plaats neerzetten: schildwachten uitzetten; vis uitzetten ergens doelbewust loslaten6de grondvorm aangeven; = afbakenen: een terrein uitzetten7uitstippelen: een wandeltocht uitzetten

Dit woord opzoeken in onze grootste woordenboeken?

Bestel nu uw toegang of probeer Van Dale Online gratis. U krijgt direct en zonder verdere verplichtingen tijdelijk toegang tot de beste taalhulpmiddelen van Van Dale.