Betekenis 'schot'

Je hebt gezocht op het woord: schot.

1schot (het; o; meervoud: schoten) 1het schieten: een schot hagel; onder schot hebben met zijn projectiel kunnen raken; op schot zijn op dreef; buiten schot blijven buiten het gevaar; een schot voor de boeg geven (of: lossen) (a) iets doen waaruit blijkt dat iets ernstige gevolgen kan hebben; (b) een loos dreigement uiten2verwonding door een schot: nekschot3(sport) krachtige verplaatsing van de m.n. op het doel gerichte baler zit schot in het schiet goed op 2schot (het; o; meervoud: schotten) 1niet-dragende wand Schot (de; m/v/x; meervoud: Schotten) 1iem. uit Schotland

Dit woord opzoeken in onze grootste woordenboeken?

Bestel nu uw toegang of probeer Van Dale Online gratis. U krijgt direct en zonder verdere verplichtingen tijdelijk toegang tot de beste taalhulpmiddelen van Van Dale.