Betekenis 'pleister'
Je hebt gezocht op het woord: pleister.
1pleis·ter (de; v(m); meervoud: pleisters) 1strookje zelfklevend textiel met verbandmateriaal om op een wond te plakken: (figuurlijk) een pleister op de wond iets dat het leed verzacht
2pleis·ter (het; o) 1specie waarmee muren worden bestreken: mengsel van kalk met zand, gips, cement enz.
1pleis·te·ren (pleisterde, heeft gepleisterd) 1met 2pleister bestrijken: gepleisterde muren
2pleis·te·ren (pleisterde, heeft gepleisterd) 1(korte tijd) rust houden; = toeven
Dit woord opzoeken in onze grootste woordenboeken?
Bestel nu uw toegang of probeer Van Dale Online gratis. U krijgt direct en zonder verdere verplichtingen tijdelijk toegang tot de beste taalhulpmiddelen van Van Dale.