Betekenis 'groeien'

Je hebt gezocht op het woord: groeien.

groei (de; m) 1het groeien: in de groei zijn (nog) groeien; iets op de groei kopen kinderkleren e.d. te groot en te wijd kopen, met het idee dat ze later alsnog zullen passen; economische groei toename van het bruto binnenlands product groei·en (groeide, is gegroeid) 1groter worden; jij moet er nog van groeien jij mag gerust veel eten; er groeit iets moois tussen hen ze worden verliefd op elkaar

Dit woord opzoeken in onze grootste woordenboeken?

Bestel nu uw toegang of probeer Van Dale Online gratis. U krijgt direct en zonder verdere verplichtingen tijdelijk toegang tot de beste taalhulpmiddelen van Van Dale.