Betekenis 'duvel'
Je hebt gezocht op het woord: duvel.
du·vel (de; m; meervoud: duvels) 1(informeel) duivel: hij is voor de duvel niet bang voor niemand2(informeel) lichaam: op zijn duvel krijgen een afstraffing
du·ve·len (duvelde, heeft, is geduveld) (informeel)1vervelend zijn2vallen3smijten
Dit woord opzoeken in onze grootste woordenboeken?
Bestel nu uw toegang of probeer Van Dale Online gratis. U krijgt direct en zonder verdere verplichtingen tijdelijk toegang tot de beste taalhulpmiddelen van Van Dale.