Betekenis 'deksels'

Je hebt gezocht op het woord: deksels.

dek·sel (het/de; o en m; meervoud: deksels) 1losse bovenkant waarmee je iets, bv. een pan, pot of doos kunt afsluiten: het (of: de) deksel op de pan doen; op ieder potje past een dekseltje voor iedereen is wel een passende partner te vinden 1dek·sels (bijvoeglijk naamwoord, bijwoord) 1drommels: die dekselse meid! 2dek·sels (tussenwerpsel) 1verduiveld

Dit woord opzoeken in onze grootste woordenboeken?

Bestel nu uw toegang of probeer Van Dale Online gratis. U krijgt direct en zonder verdere verplichtingen tijdelijk toegang tot de beste taalhulpmiddelen van Van Dale.