Geslaagd! Met Van Dale

Bijna examentijd...

Gelukkig mag je bij veel examens een woordenboek gebruiken. Welk woordenboek kies je? En waar moet je op letten als je 'm gebruikt? Deze tips kun je zeker gebruiken!

  1. Welk woordenboek kies je?
    - Speciaal voor gebruik op school zijn er de Van Dale Pocketwoordenboeken. Bekijk hier een inkijkexemplaar.
    - Wil je meer woorden? Kies dan voor de Van Dale Groot woordenboeken voor school.
     
  2. Nieuw woordenboek? Lees de gebruiksaanwijzing!
    Het is slim om vóór je examen regelmatig te oefenen met het opzoeken van woorden. Lees ook de gebruiksaanwijzing door die je aan het begin van het boek vindt. Zo raak je vertrouwd met je woordenboek en voorkom je verrassingen tijdens het examen.
     
  3. Grammatica
    Dé manier om een tekst in een vreemde taal te kunnen begrijpen, is de grammatica kennen. Of het nu gaat om Franse werkwoordsvormen of Duitse naamvallen. Geen tijd om hele lappen tekst te lezen? Gebruik dan de overzichtelijke Van Dale Grammatica's. 

  4. Alfabet op elke pagina:
    - op de rechterpagina zie je in één oogopslag in welke letter van het alfabet je bent
    - helemaal bovenaan op de linkerpagina staat in grote letters het eerste woord op die pagina; dat noemen we ook wel de kopregel.
    Voorbeeld: stel je bent in het Pocketwoordenboek Nederlands op zoek naar het woord grief; door het woordenboek bladerend (je hoeft het boek maar een klein beetje te openen om de kopregel te zien) ga je naar de letter g en stopt bijvoorbeeld even op pagina 272-273, waar grootmacht het eerste woord is. Dat betekent dat je nog iets verder terug moet … en inderdaad grief staat op pagina 268.
     
  5. Waar vind je…
    Op zoek naar een woord? Zoek dan altijd de basisvorm:
    - vervoegde werkwoordsvormen vind je in het woordenboek onder het hele werkwoord (de infinitief)
    - woorden in het meervoud vind je in het woordenboek onder het enkelvoud
    - zoek je een voorbeeld? maak dan gebruik van de blauwe gidswoorden

  6. Je begrijpt alle woorden, maar de zin...
    Als je dat denkt, moet je misschien toch wat woorden uit de zin checken. Een woord kan namelijk meerdere betekenissen hebben. Een andere valkuil is dat een Engels, Frans of Duits woord op een Nederlands woord lijkt, maar iets heel anders betekent.

  7. Woorden & uitdrukkingen
    Zoek een onbekend woord altijd op, ook als je vindt dat je het al had moeten kennen. Sommige woorden moet je steeds opnieuw opzoeken, omdat je toch weer gaat twijfelen. Zoals waken voor, dat je makkelijk kunt verwarren met waken over
     
  8. allroundwoordenboek!
    Handig!
    - het woordenboek Nederlands mag je ook gebruiken bij algemene vakken, zoals biologie of aardrijkskunde
    - in het Groot woordenboek Nederlands voor school staan veel synoniemen. Erg handig als je een tekst moet schrijven en niet telkens hetzelfde woord wilt gebruiken.
    - in de woordenboeken vind je veel extra informatie over spelling, correct woordgebruik, tips en taalweetjes

 

 

--------------------------------------------------------------------------

Zoek in het woordenboek op de basisvorm:

Nederlands:

  • sommige woorden schrijf je, tegen je verwachting in, aan elkaar: allesbehalve, gebruikmaken, vanjewelste
  • het hondje is overreden vs. ik kon hem met moeite overreden => in de eerste zin is overreden het voltooid deelwoord van overrijden, in de tweede zin is overreden een eigen werkwoord/ingang
  • de meeste academici zijn van mening … => academici is het meervoud van academicus
  • hij maakte zijn grieven kenbaar => grieven is het meervoud van grief

 

Engels:

  • I love to eat potatoes => potatoes is het meervoud van potato
  • he was petrified => petrified is een vervoeging van petrify
  • that's undeniably  true => undeniably is de bijwoordsvorm van undeniable

 

Frans:

  • la libre circulation des capitaux => capitaux is het meervoud van capital
  • le marchand vend des œufs => vend is een vervoeging van vendre
  • il se peut que ... => peut is een vervoeging van pouvoir
  • une vieille femme => vieille is de vrouwelijke vorm van vieux

 

Duits:

  • wie spät schließen die Läden? => Läden is het meervoud van Laden
  • sie hält nicht viel aus => hält … aus is een vervoeging van aushalten
  • Muscheln habe ich noch nie gemocht => gemocht is het voltooid deelwoord van mögen
  • schrankenloses Vertrauen => schrankenloses is de verbogen vorm van schrankenlos

 

 [naar boven]

Voorbeelden van woorden met verschillende betekenissen: 

het Engelse werkwoord break down kan kapotgaan of mislukken betekenen, maar ook onderverdelen ; forge kan smeden én vervalsen betekenen
- een gare is in het Frans een station, maar gare à … betekent let op!
- een Messe kan in het Duits een jaarbeurs zijn, maar ook een mis (kerkdienst).

Voorbeelden van woorden die op elkaar lijken, maar iets heel anders betekenen:

- eventually betekent in het Engels uiteindelijk (dus niet eventueel!)
- rage betekent in het Frans woede of hondsdolheidrare is zeldzaamhorloge is een klok, recherche is onderzoek
- bellen betekent in het Duits blaffen, doof is stom, knapp is krap, trainieren is trainen 

 [naar boven]

Uitdrukkingen/voorbeelden vind je onder het grondwoord:

  • plussen en minnen vind je in het woordenboek Nederlands onder plus
  • mashed potatoes vind je in Engels-Nederlands onder mash of potato
  • a great relief vind je in Engels-Nederlands onder relief
  • up to scratch vind je in Engels-Nederlands onder scratch
  • bon gré, mal gré vind je in Frans-Nederlands onder gré
  • ganz bestimmt vind je in Duits-Nederlands onder bestimmt
Vorig artikel
Volgend artikel