Betekenis 'broodjes'

Je hebt gezocht op het woord: broodjes.

brood (het; o) 1(meervoud: broden) (voorwerpsnaam) een in bep. vorm gebakken hoeveelheid deeg2(stofnaam) hoeveelheid brood in een bep. vorm: de bakker verkoopt brood; zich de kaas niet van zijn brood laten eten zich niet alles laten welgevallen; er moet brood op de plank komen er moet geld worden verdiend3voedsel, levensonderhoud: zijn brood verdienen; iem. het brood uit de mond stoten iem. zijn broodwinning ontnemen; de ene zijn dood is de andere zijn brood de een heeft voordeel uit de schade (of dood) van een ander; er is geen droog brood mee te verdienen dat levert weinig op; brood en spelen datgene waarmee het volk tevreden wordt gehouden brood·je (het; o; meervoud: broodjes) 1klein brood voor één portie: broodje (met) kaas; een broodje gezond met o.m. rauwkost; zoete broodjes bakken door onderdanig te zijn iets proberen goed te maken; als warme broodjes over de toonbank gaan grif verkocht worden

Dit woord opzoeken in onze grootste woordenboeken?

Bestel nu uw toegang of probeer Van Dale Online gratis. U krijgt direct en zonder verdere verplichtingen tijdelijk toegang tot de beste taalhulpmiddelen van Van Dale.