Betekenis 'inbraken'

Je hebt gezocht op het woord: inbraken.

in·braak (de; v(m)) 1het inbreken2(meervoud: inbraken) geval van inbraak in·bre·ken (brak in, heeft, is ingebroken) 1zich illegaal en met geweld toegang verschaffen, m.n. met het oogmerk te stelen: inbreken in een woning; inbreken in een computer zonder toestemming de gegevens daarin bekijken of manipuleren; = hacken

Dit woord opzoeken in onze grootste woordenboeken?

Bestel nu uw toegang of probeer Van Dale Online gratis. U krijgt direct en zonder verdere verplichtingen tijdelijk toegang tot de beste taalhulpmiddelen van Van Dale.