Betekenis 'lachen'

Je hebt gezocht op het woord: lachen.

lach 1laugh, (burst of) laughter: de slappe lach hebben have the giggles; in de lach schieten burst out laughing, (Amerikaans ook) crack up lachen 1laugh, (glimlachen) smile: iem. aan het lachen maken make s.o. laugh; hij kon zijn lachen niet inhouden he couldn't help laughing; laat me niet lachen don't make me laugh; er is (valt) niets te lachen this is no laughing matter; om (of: over) iets lachen laugh about (of: at); tegen iem. lachen laugh at s.o.; wie het laatst lacht, lacht het best he who laughs last laughs longest2(+ om) laugh at: daar kun je nu wel om lachen, maar … it's all very well to laugh, but …

Dit woord opzoeken in onze grootste woordenboeken?

Bestel nu uw toegang of probeer Van Dale Online gratis. U krijgt direct en zonder verdere verplichtingen tijdelijk toegang tot de beste taalhulpmiddelen van Van Dale.