Betekenis 'smaak'

Je hebt gezocht op het woord: smaak.

smaak (de; m; meervoud: smaken) 1zintuig waarmee je proeft: smaken verschillen berustend commentaar als iem. een andere voorkeur heeft2hetgeen de smaak prikkelt: ijs in acht verschillende smaken; ergens een nare smaak van in zijn mond krijgen er ongunstig over denken; op smaak brengen met peper en zout peper en zout toevoegen tot de smaak goed is3trek, eetlust: met smaak eten; de smaak te pakken krijgen van iets er plezier in krijgen4schoonheidsgevoel, kunstzin: met smaak uitgevoerd; in de smaak vallen goed bevallen, gewaardeerd worden; naar mijn smaak sma·ken (smaakte, heeft gesmaakt) 1nuttigen, proeven; = genieten: vreugde smaken2een bep. smaak hebben: dat smaakt naar meer is heerlijk3een aangename smaak hebben: dat smaakt

Dit woord opzoeken in onze grootste woordenboeken?

Bestel nu uw toegang of probeer Van Dale Online gratis. U krijgt direct en zonder verdere verplichtingen tijdelijk toegang tot de beste taalhulpmiddelen van Van Dale.