Betekenis 'ronden'

Je hebt gezocht op het woord: ronden.

1rond (bijvoeglijk naamwoord, bijwoord) 1met alle delen van het oppervlak op gelijke afstand van het middelpunt; = bolvormig: de aarde is rond2cilindrisch: een ronde staaf3cirkel-, kringvormig: een ronde tafel4(van getallen enz.) afgerond tot tientallen, honderdtallen enz.: (sport) 31 seconden rond precies5openhartig: ergens rond voor uitkomen6geregeld, opgelost, afgehandeld: de zaak is rond 2rond (het; o; meervoud: ronden) 1in het rond (a) in een kring; (b) in de omtrek; (c) in alle richtingen 3rond (voorzetsel) 1om; om iets heen: rond de tafel2om en nabij; = ongeveer: hij is rond de 50 jaar3omtrent, aangaande: de rel rond zijn benoeming ron·de (de; v(m); meervoud: rondes, ronden) 1rondgang (door een patrouille) om te zien of alles in orde is: de ronde doen2(sport) omtrek, lengte van een baan: een ronde voor zijn; de laatste ronde (a) slotronde van een wedstrijd; (b) laatste gelegenheid om in een café voor sluitingstijd nog iets te bestellen3(sport) deel van een wedstrijd of toernooi: de volgende ronde halen; nieuwe ronde, nieuwe kansen gezegd ter bemoediging na een slecht resultaat4(wielersport) wegwedstrijd door een plaats, gebied, provincie of land5deel van een min of meer aaneengesloten reeks besprekingen, beleidsmaatregelen: bezuinigingsronde ron·den (rondde, heeft gerond) 1rond maken2varen om: een kaap ronden

Dit woord opzoeken in onze grootste woordenboeken?

Bestel nu uw toegang of probeer Van Dale Online gratis. U krijgt direct en zonder verdere verplichtingen tijdelijk toegang tot de beste taalhulpmiddelen van Van Dale.