Betekenis 'opdragen'

Je hebt gezocht op het woord: opdragen.

op·dra·gen (droeg op, heeft opgedragen) 1laten doen; = gelasten, toevertrouwen: iem. iets opdragen2toewijden als bewijs van eerbied: iem. een boek opdragen3lezen, celebreren: de mis opdragen

Dit woord opzoeken in onze grootste woordenboeken?

Bestel nu uw toegang of probeer Van Dale Online gratis. U krijgt direct en zonder verdere verplichtingen tijdelijk toegang tot de beste taalhulpmiddelen van Van Dale.