Betekenis 'opbreken'

Je hebt gezocht op het woord: opbreken.

op·bre·ken (brak op, heeft, is opgebroken) 1openbreken: de straat opbreken2afbreken: de kramen opbreken3slecht bekomen: dat zal je opbreken, ventje!4naar elders trekken

Dit woord opzoeken in onze grootste woordenboeken?

Bestel nu uw toegang of probeer Van Dale Online gratis. U krijgt direct en zonder verdere verplichtingen tijdelijk toegang tot de beste taalhulpmiddelen van Van Dale.