Betekenis 'mazzel'

Je hebt gezocht op het woord: mazzel.

maz·zel (de; m; meervoud: mazzels) 1geluk, bof: mazzel hebben; (populair) de mazzel! tot ziens! maz·ze·len (mazzelde, heeft gemazzeld) 1geluk hebben; = boffen

Dit woord opzoeken in onze grootste woordenboeken?

Bestel nu uw toegang of probeer Van Dale Online gratis. U krijgt direct en zonder verdere verplichtingen tijdelijk toegang tot de beste taalhulpmiddelen van Van Dale.