Betekenis 'kluitje'

Je hebt gezocht op het woord: kluitje.

kluit (de; m en v; meervoud: kluiten) 1klomp, klont, stuk: uit de kluiten gewassen flink gegroeid; op een kluit(je) bij elkaar; de hele kluit belazeren alles en iedereen kluit·je (het; o; meervoud: kluitjes) 1klein klompje: iem. met een kluitje in het riet sturen hem met een mooi praatje afschepen

Dit woord opzoeken in onze grootste woordenboeken?

Bestel nu uw toegang of probeer Van Dale Online gratis. U krijgt direct en zonder verdere verplichtingen tijdelijk toegang tot de beste taalhulpmiddelen van Van Dale.