Betekenis 'getijde'

Je hebt gezocht op het woord: getijde.

ge·tij (het; o; meervoud: getijden), ge·tij·de (het; o; meervoud: getijden) 1het op geregelde tijden dalen en stijgen van het zeewater: de getijden eb en vloed

Dit woord opzoeken in onze grootste woordenboeken?

Bestel nu uw toegang of probeer Van Dale Online gratis. U krijgt direct en zonder verdere verplichtingen tijdelijk toegang tot de beste taalhulpmiddelen van Van Dale.