Betekenis 'barst'

Je hebt gezocht op het woord: barst.

1bar (bijvoeglijk naamwoord, bijwoord; vergrotende trap: barder, overtreffende trap: barst) 1(van streken) kaal, onvruchtbaar2guur, koud; = akelig: een barre winter; het was bar en boos zoals hij tekeerging hij ging heel erg tekeer3erg: het is bar koud vandaag 2bar (de; m en v; meervoud: bars; verkleinwoord: barretje) 1cafébuffet met hoge krukjes: aan de bar zitten2klein café3gelegenheid waar je snel iets kunt gebruiken, snel reparaties kunt laten verrichten enz.: koffiebar, hakkenbar bars (bijvoeglijk naamwoord, bijwoord; vergrotende trap: barser, overtreffende trap: barst) 1nors, ruw, stuurs barst (de; m en v; meervoud: barsten) 1breuk, spleet, scheur: geen barst helemaal niets bar·sten (barstte, is gebarsten) 1barsten krijgen; = splijten2met geweld uit elkaar springen: een barstende hoofdpijn hebben erge; zich te barsten werken onmenselijk hard werken; iem. laten barsten hem in de steek laten; het barst hier van de cafés er zijn hier heel veel cafés; barst! felle reactie op een onaangename opmerking of daad

Dit woord opzoeken in onze grootste woordenboeken?

Bestel nu uw toegang of probeer Van Dale Online gratis. U krijgt direct en zonder verdere verplichtingen tijdelijk toegang tot de beste taalhulpmiddelen van Van Dale.