Betekenis 'Gat'

Je hebt gezocht op het woord: Gat.

gat (het; o) 1(meervoud: gaten; verkleinwoord: gaatje) open plaats, doorgang, opening: een gat in het dak; ergens geen gat in zien geen uitweg, uitkomst; een gat in zijn hand hebben altijd geld te kort komen; een gat in de begroting ongedekt tekort; een gat in de lucht springen erg blij zijn; een gat in de markt mogelijkheid tot succesvolle introductie van een nieuw artikel; bij plotselinge werkloosheid in een (zwart) gat vallen niet weten wat te doen; ergens gaten in schieten de zwakke kanten van iets aantonen; een gat in de dag slapen laat ontwaken; daar is het gat van de deur dringend verzoek om de ruimte te verlaten; (sport) een gat slaan een grote voorsprong nemen; niet voor één gat te vangen zijn steeds weer een uitweg weten2(meervoud: gaten; verkleinwoord: gaatje) klein, wat achterlijk dorp of stadje3(in het meervoud) ogen: iem. in de gaten hebben in het oog; het loopt in de gaten het valt op4(meervoud: gatten; verkleinwoord: gatje) zitvlak, achterste: de zaak ligt op zijn gat (a) stelt niets meer voor; (b) is failliet

Dit woord opzoeken in onze grootste woordenboeken?

Bestel nu uw toegang of probeer Van Dale Online gratis. U krijgt direct en zonder verdere verplichtingen tijdelijk toegang tot de beste taalhulpmiddelen van Van Dale.